Hoe ga je om met verlatingsangst?
Vind jij het moeilijk om alleen te zijn (wanneer je een relatie hebt)? Of merk je dat je heel snel ‘serieus’ wilt worden met iemand? Word je nerveus van onduidelijkheid? Rol je van de ene relatie in de ander? Hecht jij je snel aan de ander, voordat je überhaupt hebt bedacht wat er nu eigenlijk zo leuk is aan die persoon en of er wel zo’n goede match is? Voel jij je gemakkelijk afgewezen? Val je keer op keer op dezelfde onbereikbare of afwezige types? Dan zou het zomaar kunnen zijn dat je te maken hebt met verlatingsangst. De tegenpool daarvan is bindingsangst. En eigenlijk zijn ze beide een kant van precies dezelfde medaille: de diepe angst om iemand werkelijk toe te laten in je hart.
Verlatings- en bindingsangst
Het gezegde is niet voor niks: ’tegenpolen trekken elkaar aan’. Je zult zelden iemand met verlatingsangst tegenkomen die zich niet aangetrokken voelt tot iemand met bindingsangst.
Heb je last van verlatingsangst, dan heb je vaak ook moeite met grenzen en een slecht gevoel van eigenwaarde. Verbinding is iets waar je bijna naar snakt. Het beeld van liefde wordt vaak geromantiseerd. Telkens opnieuw kom je in dezelfde soort relaties terecht met partners die je afstoten en – in welke vorm dan ook – afwijzen. Óf je voelt je aangetrokken tot onbereikbare mannen, zoals getrouwde mannen of mannen die homo blijken te zijn.
Je hebt de onrealistische illusie dat je deze man wel voor je kunt winnen én hij voor je gaat veranderen. Je houdt je vast aan de hoop dat de ander wel bijdraait en nu écht voor je kiest. Je richt je op de potentie die de relatie heeft, niet op de realiteit die zichtbaar is.
Zit je aan de kant van bindingsangst, dan is de kans zomaar aanwezig dat je het helemaal benauwd krijgt van de ander. Je komt al snel tot de conclusie dat ‘dit het toch niet is’ of blijft hangen in een constante twijfel. Je hebt veel behoefte aan vrijheid en het liefst zo min mogelijk kaders. Grote stappen in relaties zetten ga je het liefst zo lang mogelijk uit de weg.
De valkuil bij verlatingsangst
Voor de verlatingsangstige is het een valkuil om keihard te gaan werken om de relatie koste wat kost te laten slagen. Je past jezelf aan, cijfert je behoeften weg en zoekt keer op keer toenadering. Hoe meer de ander terugtrekt, hoe harder jij je best gaat doen.
Een tweede valkuil en van het voorgaande vaak het gevolg is deze: het in een slachtofferrol terecht komen. Dus in plaats van de blik naar binnen te richten, wordt met de vinger naar de ander gewezen. Want het lijkt vaak alsof de verlatingsangstige, er alles aan doet om de relatie te laten werken en de ander zich alleen maar afsluit. Maar wat maakt dat jij een persoon treft die afstoot? En wat maakt dat jij daardoor extra hard je best gaat doen?
Zolang jij de dieperliggende pijn die onder verlatingsangst schuilgaat niet aankijkt, kun je relatie na relatie hebben en elke keer opnieuw geconfronteerd worden met precies hetzelfde patroon. Het gaat namelijk helemaal niet om die ander. Sterker nog, hoogstwaarschijnlijk gaat het om de relatie die je hebt met je moeder. En nog meer: om de relatie die je hebt met jezelf.
Het herschrijven van de geschiedenis
Kon jouw moeder er helemaal voor je zijn? Of kon ze je wellicht niet geven wat je nodig had? Veiligheid, aanwezigheid, warmte en liefde?
Vaak gaan we als kind van alles doen om alsnog proberen te krijgen wat we nodig hebben. We passen ons aan, gaan pleasen, worden onzichtbaar of proberen de ideale dochter/zoon te zijn. We schuiven onze eigen behoeften naar achteren en gaan onbewust voor onze moeder zorgen, in de hoop dat ze daardoor wél aanwezig kan zijn. Wanneer dat niet blijkt te lukken voelen we ons vaak leeg, eenzaam en afgewezen.
Hoe ouder we worden hoe meer de frustratie toe kan nemen en we het gevoel hebben toch niets goed te kunnen doen. Soms komt er een omschakeling, waarbij het zorgen voor ineens verandert in boosheid en afwijzing. “Als ik niet kan krijgen wat ik nodig heb, dan maar helemaal niets'”. We beginnen onze moeder te veroordelen en daarmee wijzen we ook een deel van onze eigen oorsprong af.
De leegte die dan ontstaat, wordt op latere leeftijd alsnog geprobeerd te vullen met de liefde van een partner. De afwezigheid die we van onze moeder hebben ervaren zoeken we opnieuw op in een partner. In de hoop dat je partner uiteindelijk wél voor je kiest en je daarmee de bevestiging krijgt die je zo van je moeder verlangt: gezien worden. Het waard zijn. Ertoe doen. Daar wordt vaak een hoge prijs voor betaald: zelfverloochening. Je gaat weg bij jezelf om goedkeuring te krijgen van een ander.
Uiteraard is deze moeite tevergeefs en kan je partner nooit de behoeften vervullen die je zo verlang van je moeder. Je moeder kan dit zelfs niet meer. In het verleden valt niets meer te halen dan je hebt gekregen. Daar zul je het mee moeten doen. Elk verlangen naar meer houdt je op ongezonde wijze gebonden aan de ander.
Je bent nu volwassen, nu is er maar één iemand verantwoordelijk voor je behoeften. Dat ben jij zelf.
De weg uit verlatingsangst en naar veilige hechting
Om los te komen van verlatingsangst en daarmee het patroon van de verlatings- en bindingsangstige dans te doorbreken is er maar één weg: naar de pijn toe.
De diepe pijn van de afwezigheid van een moeder toelaten kan behoorlijk pittig zijn. Het is werkelijk een rouwproces. Je zult je diep moeten realiseren dat dit de moeder is die je hebt gekregen, en dat zij – compleet met al haar tekortkomingen – de enige juiste moeder is voor jou. Je hebt van haar aan te nemen wat ze je heeft kunnen geven. Je hebt nooit recht op meer. Al is het alleen maar het leven, alleen dat is al zo’n groot cadeau.
Wanneer je die pijn – vaak getriggerd door een afstotende partner of een kind dat afstand neemt – werkelijk toe kunt laten, kun je beetje bij beetje loskomen van die diepe angst om (opnieuw) verlaten te worden.
Dus gebruik de pijn van afwijzing niet om de vinger te wijzen, maar beweeg juist naar die pijn toe. Probeer het helemaal te voelen en erbij aanwezig te blijven (zonder oordeel, het te willen begrijpen of het te willen veranderen). Geef het werkelijk alle ruimte die het in wil nemen.
Het is de enige weg naar werkelijk in vrijheid verbinding kunnen maken. Met een open hart.
Tot slot: om verbinding aan te gaan dien je helemaal JA te zeggen tegen de kans op pijn, verlies, afscheid en afwijzing. JA zeggen tegen iemand toelaten en tegelijk los kunnen laten. Alleen dan kan de liefde vrij stromen.
De eerste stap maken?
Familieopstellingen brengen inzicht in de onderliggende dynamiek wanneer je last hebt van bindingsangst of verlatingsangst. Het kan de onderliggende pijn zichtbaar maken, het verwerkingsproces op gang brengen en brengt weer beweging naar de mogelijkheid tot een gezonde en veilige verbinding met anderen.
Kijk vooral op de pagina: familieopstellingen voor beschikbare data. Ook wordt er met enige regelmaat een speciale 2-daagse Familieopstellingen Relatiedynamieken georganiseerd, speciaal voor mensen die tegen bepaalde relatiepatronen aanlopen.
Mocht je je nog wat meer willen verdiepen in het relatiepatroon verlatingsangst en bindingsangst, dan raad ik van harte het boek Liefdesbang aan van Hannah Cuppen.