‘Zoekend zijn’ is onderdeel van het proces
Als ik vertel dat ik geen doelen stel en niet het gevoel heb dat ik hier op aarde ben met een speciale ‘missie’ (behalve gewoon zijn en ervaren) – en dat ik denk dat niemand dat is, kijken de meeste mensen mij over het algemeen wat vreemd aan. Sterker nog, sommige mensen worden ronduit boos.
“Hoe bedoel je geen doelen? Geen missie? Je gaat me toch niet vertellen dat ik hier ben voor niks, dat geloof ik niet hoor!”
Begrijp me niet verkeerd: het zoeken van die missie is lange tijd onderdeel geweest van mijn groeiproces, zoals dat voor vele mensen zo is. Het hoort bij het ontdekken van jezelf, je eigen wensen en verlangens.
Het is de ‘puberfase’ waar we allemaal doorheen moeten. Je lichaam kan dan al wel volwassen zijn, het bewustzijn heeft vaak wat langer de tijd nodig. Veruit de meeste mensen in de westerse wereld zitten nu in deze fase.
Wie ben ik? Wat wil ik?
Deze fase kenmerkt zich door zoekend zijn. Je eigen IK ontwikkelen (het gezond ego). Wie ben ik? Wat wil ik? Waar wil ik naartoe? Ook ben je in deze fase over het algemeen onverzadigbaar en is er nooit genoeg tijd om alles te ervaren. Er valt nog zo veel te ontdekken, te doen en te behalen. Eigenlijk is het in deze fase nooit écht genoeg en ben je altijd op zoek naar meer. En wat dat ‘meer’ dan is, verschilt per persoon. Meer vrienden, meer liefdes, meer prestaties, meer (spirituele) ervaringen, meer spanning, meer kennis, meer status/macht, meer geld of meer materieel.
Eigenlijk zijn meer en beter woorden die erg goed passen bij deze fase. Het ego viert hoogtij. Doelen stellen en het vinden van je ‘missie’ zijn erg passend bij deze fase. Voor de omgeving wellicht een fase die niet zo leuk is dus. Want het gaat vooral om de IK. Ouders balen niet voor niks zo van hun puberkinderen. Overigens: andersom komt ook voor: waar de één hard op zoek gaat naar zichzelf, lijkt de ander niet vooruit te branden te zijn (zelfs niet als de omgeving hevig protesteert).
Maar dat is toch vet egoïstisch?
Individualisering dus, wat als ‘slecht’ bestempeld wordt. Sommige mensen noemen het zelfs het grootste gevaar van onze huidige maatschappij. Want je hoort elkaar te helpen en er voor elkaar te zijn, dat is de boodschap. Aan jezelf denken en (gezond) egoïstisch zijn past daar niet bij.
MAAR, het is een noodzakelijke fase in het proces naar volwassenheid. Waar écht verbinding mogelijk is. Waar échte harmonie mogelijk is. Waar je gaat leven met een open hart. De puberfase skippen – wat veel mensen proberen, juist omdat het maatschappelijk afgewezen wordt – is onmogelijk. Overigens is dit ook iets wat in de spirituele wereld erg veel voorkomt.
Er zijn genoeg mensen die denken heel volwassen te zijn, maar eigenlijk gewoon een harnas aan hebben gedaan. Ze plaatsen zichzelf boven de ander, vinden zichzelf op veel vlakken beter dan de ander en denken een ander te kunnen redden. Guru’s zijn hiervan het meest bekende voorbeeld.
Hoe herken je nu volwassenheid?
Wanneer je werkelijk in volwassenheid bent aanbeland ga je merken dat je geen oordeel meer hebt naar mensen die hun IK nog aan het zoeken zijn. Of die nog ‘vol trauma’ zitten – zoals ik regelmatig voorbij zie komen op social media. Oftewel: je vindt jezelf niet beter dan de ander. Je denkt niet dat je de waarheid in pacht hebt en hebt niet de wens de ander te willen redden. Je laat een ander zijn/haar lot, leeft vanuit je innerlijke beweging. Je bent je bewust van je eigen conditioneringen, patronen en trauma’s en neemt daar de volle verantwoordelijkheid voor. Oftewel: als jij wordt getriggerd, zie je dat als spiegel, in plaats van als reden om de ander af te wijzen.
Anyways, om daar te komen zul je eerst je eigen IK überhaupt moeten ontdekken. Om vervolgens die ik weer te overstijgen. Klinkt logisch toch?
Het proces naar volwassenheid
Wanneer je jezelf toestaat die IK werkelijk te ontwikkelen, jezelf eigenlijk alle vrijheid geeft om even flink te puberen, ‘fouten’ te maken en je af te zetten (en dus het oordeel los durft te laten, dan denken mensen maar lekker dat je egocentrisch bent of nog niet ‘geheeld’ bent) dan komt er als vanzelf een punt dat je je niet langer in de breedte wilt ontwikkelen (het ‘meer, groter, beter’), maar in de diepte. Kortom: je gaat verlangen naar diepgang.
Je ontgroeit de puberfase en volwassenheid begint steeds meer aan je te trekken. De zoektocht naar jezelf komt tot een einde. Nu begint het proces van het weer loslaten van je opgebouwde identiteit. Klinkt een beetje gek hè? Heb je net je IK ontwikkeld, mag je de IK weer gaan loslaten. Toch lijkt het zo te werken.
Het is het proces van loslaten van controle (denken dat je het leven naar je hand kan zetten) en het ontspannen in overgave (vertrouwen dat het leven je brengt wat je nodig hebt).
Je láát je bewegen. Je opent je hart naar het leven zelf.
Doelen stellen heeft dan geen enkele zin – dat merk je vanzelf – omdat het leven je toch wel daar brengt waar je moet zijn, dat valt met je hoofd niet te plannen of te sturen, hoe graag je ook wilt. Een ‘hogere’ missie hebben beperkt je ook, omdat je dan blind wordt voor wat het leven je mogelijk brengt of laat zien.
Steeds meer zal je merken dat forceren, sturen en hard werken stroperigheid oplevert. En dat ontspannen, je laten leiden en bewegen op het juiste moment een flow met zich meebrengt. Dan volg je het leven. En dat is héérlijk.
Je gaat ervaren dat je gedragen wordt door het leven en dat je niets anders hoeft te ‘doen’ dan te volgen.
Kortom….
Word maar lekker individualistisch. Ga jezelf ontdekken. Schop tegen wat ‘normaal’ is, zeg nee tegen je ouders (of vrienden) en ga 100 keer op je bek. Ontdek jezelf. Vorm jezelf. De rest komt vanzelf.
Vind je dit nu interessant? Dan kan ik je van harte het boek aanraden: Het leven kent geen weg terug van Wilfried Nelles.